Vanochtend scheen de zon wat een fijne afwisseling was. Dat vonden de anaconda’s ook, heerlijk lagen ze gedrapeerd over takken te bakken. En dan zijn ze eigenlijk best opvallend; een prachtige glanzende huid. Die huid is prachtig grijs, groen met oranje gele vlekken Veel meer vogels, veel ijsvogels, King fisher is toepasselijker. Helaas te snel om op de foto te krijgen. En een prachtige vogel die de jongens de Phoenix noemen, de gids noemt hem stinky bird, maar eigenlijk is het de Hoatzin. We kwamen langs een dubbel nest mieren en daarboven wespen. Je hoorde ze daarbinnen bewegen, schurend geruis. Toen moesten we allemaal tegelijk march roepen en plotseling klonk het of er stampend een groep soldaten langs liep. Marching wasps waren Thijmen’s favoriet van deze dag.
We gingen met de boot naar een Indianendorp. Een Indiaanse vrouw liet ons zien hoe en waar de maniokwortel groeide. De Indianen leven met name op maniok en bananen, aangevuld met groente, soms wat vis of vlees. Het is een grote plant waaraan een aantal 50 cm grote verdikte wortels zitten. Die snijden ze eraf. Ze worden gepeld, geraspt, uitgewrongen, gezeefd en dan hou je een wit meel over. Daarvan wordt een kom op een gloeiende keramiek plaat gedaan, plat gemaakt, aangedrukt, gekeerd en klaar is je jungle pizza.
Daarna mochten we oefenen met een blaaspijp. Roelof had het eerste schot en schoot zo hard dat zijn pijntje door de tak ging die het doel in de lucht hield. Muurvast, eerste pijl naar zijn grootje. Mijn mannen deden het alledrie goed, Jelmer raakte het doel maar ketste af, Thijmen raakte hem bijna. Echt met wat oefenen zouden we vast wel een keer aap gegeten hebben.
Er was een tamme woolly monkey, leuk om hem van zo dichtbij te zien. Grappig ondeugend beest, klom een raam binnen, jatte koekjes en zat er in het raamkozijn heerlijk van te smullen. Vervolgens zagen we hem weer toen hij gepest werd door drie honden. Hij vluchtte op het hoofd van een reisgenoot en dat ging goed tot het moment dat hij hem weer op de grond wilde zetten. Het beest zag het niet zitten met die honden en scheet van angst de arm van zijn redder onder. Dat noemen we nou met recht stank voor dank.
Terug naar de lodge, heerlijk luieren in de hangmat, niets doen. Ik ben onder de indruk van de jongens die cold Turkey afgekickt zijn van de schermen en dat uitzonderlijk goed verdragen.
’s Avonds hadden we een nachtwandeling. Op weg er naar toe ontmoeten we weer onze vrienden de dolfijnen, ze gaven een prachtige show weg, deze keer zagen we echt een heel groot stuk van hun lijf. We zagen prachtige spinnen, een handgrote bananaspider, een scorpion spider, slangetjes, prachtige kikkers. Toen deden we allemaal onze lampen uit. Heel langzaam zag je dat het licht weerkaatste op de grond. Niet echt om bij te wandelen, zeker niet met al die beesten in de buurt, maar toch het was niet zo aarde donker als we dachten.
En toen op de terugweg zagen we een grote uil in een boom zitten, waanzinnig, die grote gele ogen. De spectacled owl.
Bij de lodge gekomen keken we met andere ogen rond, het leverde een verbluffend aantal beesten op, een grote roodbruine pad, vissen, een groen bruine pad, twee tarantula’s en één bananaspider. Best spannend zo in de buurt van je slaapkamer. Later komt Jelmer enthousiast terug uit ons toilet, er hangt een grootogige kikker over de rand van de douchemuur te kijken (namelijk een open dak)