Gisternamiddag reden we een grote parkeerplaats op. Richting een Masaiboma. Een kraal voor koeien aan de buitenzijde, een kraal voor geiten centraal, daaromheen tientallen huisjes. En alles in mij gilde “neeeeeee”
De vorige keer dat ik in Tanzania was had ik een Masaidorp bezocht vlak bij het ziekenhuis dat we bezochten. Het was indrukwekkend. Dat had ik in gedachten.
We werden met gezang en gespring begroet. Een toeristendansje. Thijmen en Jelmer moesten ook meedoen. Thijm was net wakker en zei op zijn volkomen eigen wijze nee. Gelukkig hoefde ik niet mee te doen met de vrouwen. Om de volledige geitenkraal kraaltjesmeuk meter na meter, 20 meter. We gingen 2 aan 2 een huisje bekijken: volledig donker 3×4 m iets ingegraven in de grond. Met takken en leem gemaakt. De muren en het dak afgewerkt met koeienpoep, dat maakt het waterdicht. Hoogte 1.60 m. Een piepklein gangetje, de leefruimte een kleine 2×2 m met in het midden een open vuurplaats en daarboven een gat in het dak. De enige bron van licht. Twee slaapkamers; verhogingen waarbij je op de rand kon zitten. Ze slapen op een takken bed, met koeienhuid. Een man mag meer vrouwen. Elke vrouw heeft haar eigen huis. Bouwt ook haar eigen huis. De man zorgt voor hout en doornen om het hele gebied zodat de leeuwen buiten blijven. Ik blijf het indrukwekkend vinden.
Ik vlucht na de huisjes naar de auto. Zit te mopperen. Mis de trotse, misschien wel arrogante, uitstraling van dit volk. “Alsof in een echt Masaidoma ze je zingend en dansend verwelkomen. Doe toch normaal, ze zeggen Jambo en dat is het. En die stomme kralendingen om de geitenkraal”. Zegt Jelmer “hadden de geiten kralen om dat heb ik dan gemist, jammer, had ik wel willen zien”. Lekker jong.
De camping is prop en propvol. Zoveel mensen. De eetzaal is heel erg koud, het regent. We hebben de slaapzakken aan elkaar geritst en slapen dicht bij elkaar onder de dubbele deken. De jongens hebben de dikke slaapzakken.
Vanochtend vroeg op naar de Ngorogorokrater, veel beesten. Thijmen komt aan bij de auto, zijn slaapzak als een Masaideken omgeslagen. Hij vindt het een masterstroke. Wij even later als we door en door koud zijn eigenlijk ook wel. We hebben een nieuwe ontdekking gedaan masked fox. Gaaf, 5 achter elkaar rennende bandito’s zoals Thijm ze noemt. Het is koud en bewolkt. Plotseling lopen alle hippo’s rond, i.p.v. in het water te liggen. Veel beesten, piepkleine babyhyena’s, een enorme groep luie leeuwen, 10-11 best lastig tellen als ze op een hoop liggen. Eindelijk de lelijke cory bustard en de prachtige secretarisvogel en crested crane.
Als we met 20 auto’s bij de leeuwen staan komt Thijmens nieuwe grap; ik zie een vlinder, ik zie een grote vogel, we hebben weer een hidden little gem te pakken.