We worden wakker van een pittige regenbui op onze Igloo. Nou eigenlijk worden we tig keer wakker want onze luchtmatras loopt langzaam leeg. Dus nadat we eerst gezamenlijk naar de toiletten liepen zei Roelof “ik doe er gewoon lucht bij”. Je wilt niet weten wat een typhusherrie zo’n pompding maakt in de nacht, maar het slaapt wel beter.
We eten nog wat restjes en drinken thee in onze buitentent. En we vinden het eigenlijk best saai. Twee dagen niets doen. En dan oppert Jelmer dat we toch wel naar Landmannalaugar kunnen rijden. “We hoeven geen hike van 8 uur te doen”. Zelfs Thijmen is het er mee eens.


De weg is eigenlijk gelijk nogal slecht, maar we rijden gewoon rustig door. En het klaart zowaar wat op. Tegen lunchtijd zijn we al lekker opgeschoten. We eten de lekkerste hamburger van deze vakantie en Illy koffie. Verrukkelijk.

De weg ernaar toe is prachtig. Bizarre kleuren. Dit land is adembenemend mooi. Ik kan weer een aparte fotosessie van onderweg maken nu in kleur.




In Landmannalaugar worden we gestopt door een rivier. We parkeren de auto en wandelen naar de route. “Zullen we een klein stukje lopen? Even tot achter deze heuvel om de kleuren te bekijken?” Het is prachtig. En goed dat we niet de hike van 6-8 uur gaan doen. (En een beetje balen)



Daarna rijden we terug, de lucht is helderblauw en het wordt steeds warmer. Omdat de parkeerplaats zo vol geworden was maakten wij plaats en stoppten bij een bord wat verderop. Er staat op dat je met onze auto niet verzekerd bent als je hier rijdt. Dat is fijn om te horen na 26 km ruwe rot weg, die we ook nog terug moeten rijden.


We dineren in het hotel. Ik zeg enigszins teleurgesteld dat ik geen raaf meer gezien heb. Vliegt er zo’n schijtbeest langs het raam. Roelof zegt dat hij me uitlachte, maakt een krassend lachgeluidje en ik denk het ook. We eten weer burgers, de prijs hier ligt boven de Uitkijk maar de keuze ligt onder Piet Patat. We sluiten deze alcoholarme vakantie af met een glas wijn, Jelmer morst 3 druppels en zegt serieus naar beneden kijkend “ik heb net 3 euro aan wijn gemorst”.

Na het eten besluit ik toch nog even buiten de raaf te zoeken. Het licht is waanzinnig mooi. We lopen langs de kerk en komen op het kerkhof. De namen zijn prachtig. De raaf heeft zich helaas verstopt.

Als we bijna terug zijn zien we twee ambu’s staan. Reanimatie? En we horen muziek. We wandelen naar de muziek en daar staat ook het ambulance personeel en de rest van de inwoners van dit dorp. Als er iets gebeurt staan ze op de goeie plek bedenken we, iedereen is hier. Het is een reuze karaoke. Supergezellig. Iedereen zingt mee. Een soort Helders Fees. Roelof en ik hebben lol met Google translate.


De zangeres heeft een dijk van een stem en legt een tweede stem tegen de karaoke zingers. De teksten zijn geweldig. Ze hebben een soort onderkoelde humor. Of Google translate is veel grappiger dan ik dacht. Er staat bijvoorbeeld 4x dezelfde regel en hij vertaalt 3x met “moeder tuit haar lippen” en 1x met een andere tekst wat ze met haar mond kan doen. Daar hou ik van. (Ik denk officiële “van Dale” vertaling en straattaal).

Als er een Engelse tekst is zing ik vol enthousiasme mee. Roelof wijst op onze buurman, een goudgele labrador en zegt “ach die arme hond, hij heeft zijn pootjes voor zijn oren”. Jelmer appt of we bij de voorrondes van het IJslandse songfestival zijn. En ik geniet met volle teugen.