We beginnen om 6.30 uur met een kop thee daarna beging de kanotocht, we hoeven niets zelf. En we zien een aantal gahrialen en marsh muggers. Die eerste is erg bijzonder. En erg zeldzaam.

Na ongeveer 45 minuten gaan we aan wal en wandelen door de jungle. We hebben een ontbijtpicknick, heerlijk met samosa’s. Zoals Thijmen ooit zei toen hij poep, krabsporen of pootafdrukken zag: “We hebben bijna een tijger, een olifant en een lippenbeer gezien”. Gelukt is het met de Indische neushoorn.
We krijgen een uitleg wat te doen als we één van de vier tegenkomen. Geruststellend verhaal dit als je in het bos gaat lopen. In Kashiranga zagen we dat gidsen in de auto en met geweer stress hadden van olifanten. En dat een neushoorn toen een andere auto aanviel voelt niet rustgevend.

Ik heb dan ook gemengde gevoelens als we een neushoorn een bad zien nemen op een meter op 5-10 afstand. De twee even later, die op “veel te ver weg”, volgens Roelof, zitten passen me beter.

We zitten op een uitkijktoren als we een sambadeer, een edelhert, horen aanslaan. Alarmroep, de gids zegt: “dit hoor je eigenlijk alleen als ze roofdieren zien”. Welke zijn er? De tijger en het luipaard. Laat mij maar even hierboven zitten. We zien hem niet. Zou ook bizar zijn op een jungle wandelsafari, maar toch …

Wat een leuke ochtend. Vanmiddag hebben we een gamedrive.
Om 14.30 uur gaan we op pad. Als we op de truck klimmen komt deze man voorbij. Hij heeft een paraplu bij zich voor de dreigende bui en een klein houten stokje. Dus geen nare haken of andere ongein.

We genieten. Op een bepaald moment zegt een gids van een andere auto dat er een tijger gezien is. Wij zijn zo achterdochtig, we vragen “door een gids of door een gast?“. Een gast, we zijn het gelijk eens dat het waarschijnlijk een spotted deer was, die hebben wij ook allemaal voor tijger aangezien.




We zien veel, vogels, neushoorns, jakhalzen, het is een leuke middag. Ik voel me heel gehandicapt zonder telefoon en camera. Want die laatste doet sinds gisteren ook niets meer.
Roelof laat zijn bril van zijn hoofd waaien, gelukkig nog heel.

Als we aan tafel zitten komen de gidsen ons de tip geven om eind februari of in maart te komen. Dan zie je veel meer. We wilden dat onze verrekijker, die dubbelziet, beter was. Dan hadden we die aan de jongste gids gegeven. Hij is echt goed maar heel verlegen en hij heeft een slechte verrekijker.
En nu hebben we gepakt en liggen we in bed. Morgen 8 uur die hellroad naar Kathmandu