-
Onderweg naar Krakau
Na eerst de kleinste hobbelwegen te hebben genomen, Roelof verweet me zelfs dat ik toeristische route had ingetypt in plaats van snelste, zitten we nu op de snelweg. Wel met stoplichten en voetgangersovergangen.
Net reden we achter een vrachtwagen die graan vervoerde. Tenminste daar was hij mee begonnen. Hij verloor de hele route een straal graan, we weten niet hoeveel hij verliest maar vrezen een lege wagen bij aankomst. (We denken dat hij Hans heet, de chauffeur, of klein duimpje).
De huizen zijn in de armste delen van hout gemaakt. Met enkelglas ramen. Ik vind ze prachtig maar het is vast koud in de winter. Als de bewoners wat rijker worden wordt daar isolatie omgezet en daarna met blokken een tweede muur gebouwd. Daarover komt dan plamuur. Weer rijker heeft een tweeverdiepingen dooshuis. Maar echt heel luxe huizen zie je zelden.
De week voor de vakantie brak mijn vulling uit mijn kies. Helaas had tandarts Mark vakantie. Het deed niet zeer maar 3 weken een gat leek me vragen om moeilijkheden. Dus maakte ik kennis met de spoedpost in Enschede. Ze deden het prima, aardig en competent, maar zeiden “mmmm één zenuwtakje is wat onrustig” en daar werd ik nou niet blij van. Maar goed we wachtten het af. Bij het pakken nog 2 dagen Augmentin (over van een 10 daagse kuur) in mijn tas gemikt. Is het de goden verzoeken, vroeg ik me nog af. Vannacht had ik kiespijn en de zo goed passende vulling leek groter. Ik baal. Thijmen zegt opgewekt: “de tandarts hier tegenover spreekt Engels”. Ben ik dom als ik kijk of pijnstilling en AB me helpt? Een wortelkanaalbehandeling bij een tandarts in het armste deel van Polen gaat mijn zucht naar avontuur te boven.
Nu 5 uur onderweg, we hebben 1 vlaamsegaai, 1 ekster, 2 roofvogels en ontelbare ooievaars gezien. Dat is toch raar weinig?
Oké we zaten op de snelweg en ik bedacht een slimme zet. Ik ging de link gebruiken die automatisch in de agenda komt als je een booking hebt gemaakt. Ik was reuze onder de indruk van deze inval. Scheelde een kwartier. Terwijl ik checkte zette Roelof hem over op de auto. “Maar ach het zal wel goed zijn toch? Dat check en dubbel check van mij is zo OCD”. We reden over landweggetjes en genoten van de Polen, de huizen en de omgeving. Tot Roelof zei: “het is nog 5 minuten naar het centrum van Krakau, denk je dat een stad zich kan verstoppen achter een heuvel?” Ik dacht van niet. We hebben wel even verder gereden die 5 min maakt ook niet meer uit. Over een uur zijn we in Krakau. Als alles goed gaat.
Toetje; we arriveren uiteindelijk bij het verkeerde hotel. Laten de receptie ons naar binnen loodsen. Door afgesloten wegen en andere verboden routes. We logeren in de oude stad. Laten receptie meezeulen met onze tassen om er dan achter te komen dat we in een ander hotel zitten. Gelukkig is ons hotel aan de andere kant van de straat.
-
Nightvision
Irek is klokslag 19.30 uur bij het hotel. Hij heeft een heel programma in zijn hoofd. Het is mooi om te zien hoe hij loopt. Grote passen, hoog opgetrokken, geluidloze stappen, en heel erg snel. Echt ik moet in een sukkeldrafje om hem bij te houden. Hij is diep teleurgesteld dat er geen bizons lopen op het eerste door hem gekozen stuk. Het gras bleek net gemaaid.
We gaan met de auto door naar een volgende plek. De schemering valt snel in en we krijgen allemaal een zaklamp en nightvision verrekijker. Dat is echt gaaf. Het versterkt het licht en afgezien van een groenige tint kun je er veel meer mee zien in het donker.
Maar nog beter dan dat was de infrarood kijker. Zo gaaf! Zonder kijk je rond en zie je niets en met kijk je en zie je in een grijs landschap lichtpuntjes of bij grotere beesten, rode beesten. Herten een rood lijf en een rood koppie dat er boven zweeft.
Je kunt ver kijken met zo’n kijker, met recht een verderkijker. Bisenten tot 1,3 km, edelherten tot 1 km. Het voelt een beetje als valsspelen, maar als we een wild zwijn zien is dat toch wel uniek (80% is dood door de swineflue). En vervolgens een enorme groep edelherten. “Nee”, zegt Roelof: “het is een huis”. En ik geloof hem. Een groot landhuis met heel veel ramen. Thijmen schatert: “daar wonen de edelherten, ze staan voor het raam”. Irek probeert niet te lachen en zegt “it’s the strictly protected area” maw daar staan geen huizen. Maar zoveel bij elkaar. Echt waanzinnig.
De enige suckers die zich blijven verstoppen zijn de wisenten.
Daarna gaan we naar het bos. Het is een ervaring om zonder lampen in het bos te lopen. Op een gegeven moment zegt Thijmen: “ben ik nou de enige die puur op gevoel loopt?” Nee Roelof loopt braille en ik zie ook niets.
Helaas alle dieren in het bos hebben zich verstopt. Alleen een haas vangen we met onze kijkers.
Terug in het dorp bedanken we Irek, 5 tochten met hem. Hij was een leuke enthousiaste gids met veel kennis. Ipv een fooi geven we hem Roelofs oplaadbare superzaklamp. Hij had er naar gekeken en het merk gefotografeerd omdat hij hem zo mooi vond. Hij is er blij mee maar weet niet hoe te reageren. “It’s expensive….” zou het geven van fooi aan de gids hier niet normaal zijn?
Wij realiseren ons dat onze zaklamp waarschijnlijk meer wisenten gaat tegenkomen dan wij. Voor wisenten, edelherten en elanden moet je in de winter naar Bialowieza. Voor vogels in de lente.
-
Bialystok
Vandaag hebben we om 19.30 uur een nachtwandeling. Verder de hele dag niets. Bialowieza is niet echt een bruisende uitgaansplaats dus besloten we naar Bialystok te gaan, 90 km verderop, in ons hotel hingen kaartjes van deze stad, dat schepte verwachtingen. Dus Roelof en ik gingen op pad. Thijmen ging naar de Spa in het hotel had hij bedacht.
De weg was al snel afgezet, maar 2 uur later kwamen we dan toch op de plaats van bestemming. De weg er naar toe was mooi door kleine dorpjes en velden. Weinig mensen, weinig dieren, weinig vee, vooral (afgezien van ooievaars in overvloed) weinig vogels. Raar, we kunnen het niet goed verklaren.
Als we aan komen rijden bij Bialystok zien we 4 enorme borden op 4 even lelijke flats. “Niet de meest uitnodigende entree”, grappen we nog. Het miezert en we rijden naar het centrum. Er zijn wat mooie gebouwen; een kerk, een paleis, maar als we door de hoofdstraat lopen zijn er alleen plekken om te eten. Het Poolse eten is vet, veel varkensvlees, aardappelen, bieten en kool. Veel bier, dat drinken ze tussen de middag al. Nou ja ook veel wild, dat vinden we echt lekker.
We wilden gisteren dineren in een luxe restaurant. Gave plek, oud treinstation uit de tijd van de tsaar, echt prachtig. Hoge deuren, spiegels, kroonluchters, de geur van boenwas. We liepen naar buiten, op het perron was het terras. Wat een prachtplek. In de verte een echte stoomlocomotief, de wagons waren hotelkamers. Maar daarna keken we om ons heen naar de somberende Polen op het terras. Niemand lachte. Niemand praatte. Gemopper over wespen. We bedachten dat ze eigenlijk allemaal eerst even naar de place of power moesten. De kaart was niet wezenlijk anders dan in het dorp. We besloten om alleen wat te drinken.
Oké terug naar de stad. We zoeken leuke winkeltjes. Geen idee waar die zich verstopt hadden maar we hebben er niet één gevonden. En afgezien van die ene straat proef je in Bialystok echt het Oostblok nog.
Gelukkig bleek Thijmens Spa ook gewoon het zwembad en de sauna. Dat hij niet steeds de slimste keus maakt.
De weg terug dachten we slim te rijden. Dat is mislukt. In plaats van allemaal kleine dorpjes nu om de 500 m een wegopbreking.
En nu maken we ons zo op voor een nachtwandeling.
-
Ochtendwandeling met een vreemde vogel
Vanochtend konden we uitslapen in vergelijking met gisteren. De wekker stond op 4.45 uur. Thijm had besloten dat een ornithologische wandeling te veel voor hem zou zijn en hij bleef in bed. Achteraf best verstandig.
Dit was de enige dag met een andere gids. Hij maakte geen oogcontact. Je zou kunnen denken dat het kwam doordat hij scheel was en je daardoor focuste op het verkeerde oog. Maar ook als je heel erg je best deed kreeg je geen oogcontact. Zijn Engels deed vermoeden dat hij in het leger heeft gezeten. Quiet! Stay there! Zijn wandeltempo lag daarentegen erg laag, zeg maar dat wij geoefend hebben in het begrafenisstoettempo. (Dit in tegenstelling tot Irek die als hij zijn tempo loopt niet bij te houden is.)
Hij was een beetje teleurgesteld dat Irek ons alle ornithologische hoogtepunten (de arenden, de drieteenspecht en de witrugspecht) al had laten zien. Maar ging er ondanks dat driftig naar op zoek. Hij reed met zijn auto voor ons uit. En we liepen beste einden. Maar afgezien van de grote bonte en middelste bonte specht zien we niet veel.
(Ik vind het kraken van dode bomen een gaaf geluid. Volgens Irek is dat erg dom want dat betekent dat ze ieder moment in kunnen storten en dus onveilig zijn.)
Pas bij de laatste plek zonder vogels vroeg hij wat wij zouden willen zien. Nou kraanvogels (te ver weg) of de ijsvogel. Die kon je gewoon zien bij het eiland in het paleisvijvertje. Dus die zijn we nog even gaan bekijken. Wat een gaaf beest. Prachtig. Er zaten er twee.
‘s Middags bedachten we dat het goed was om iets te gaan doen. Vlak in de buurt is een dierentuin met alle lokale beesten in grote hokken. Thijmen dacht dat we seniel geworden waren; een dierentuin. Maar eigenlijk is het heel erg leuk om de lynx, de wisent en de wolf in het echt van dichtbij te zien en ze rustig te observeren. De wolven hebben een gigaverblijf waar ze vaker niet dan wel zichtbaar zijn. (Die hond van gisteren had wel een wolvenlijf en staart, maar zijn kop klopt niet. Wat het meest verwarrend was was toch wel zijn wolvengedrag)
-
Bizons in de mist.
Om 2.50 uur stond de wekker. Het was 7 graden en pikdonker. Er zijn momenten dat ik aan mezelf twijfel en dit was er overduidelijk een van. Irek was keurig op tijd.
We reden naar plaatsen waar vaak wisenten gezien worden. De eerste plek was leeg. Geen boe of Zubr.
Maar de volgende plek, het werd net licht, was in nevel gehuld en in die nevel stonden 8 wisenten. Best ver weg maar prachtige contouren. Gaaf om te zien. Helaas konden ze door de mist ook makkelijk weer uit beeld verdwijnen.
De volgende plek was weer met mistflarden en er stonden 2 vrouwtjesreeën, opeens hoorden we vlakbij “blaffen”, heel vreemd. Het bleek het mannetje te zijn. Gaaf geluid. Best indrukwekkend. Er liep ook een vos met prooi door de mist. Het maakte het allemaal wat onwerkelijk.
Wel zagen we veel vogels; zwaluwen, hoppen (3 op een rij zo gaaf!), een schreeuwarend en later bij het meer een visarend en een groep met 8 kraanvogels die ver weg vlogen. En later twee een stuk dichterbij. Raar zijn ze. Alsof een kind een vliegende vogel tekent.
We vinden het bos en de omgeving vreemd stil. Hoe kan het dat er zo weinig wild te zien is terwijl het er hier om bekend staat. Waar zijn alle vogeltjes? Ik moet zeggen dat ik op mijn dagelijkse rondje bos meer vogels en een hogere diversiteit haal.
Maar het hoogtepunt van de dag (na de Wisenten) was dat ik door een huge spinnenweb liep. We probeerden de spin te fotograferen maar toen hoorde ik wat zoemen en ritselen. Aan mijn mouw hing nog een stuk web met daarin een hommel en een tweede spin. Thijmen maakte de mooiste foto van deze vakantie. Prachtig. Je kunt zien waar de draad de spin verlaat en de haren van de hommel. Briljant!
Om 9.30 uur waren we terug. Met het gevoel al een dag erop te hebben zitten. We ontbeten en kropen een paar uur in bed.
‘s Avonds bedachten Roelof en ik dat we zelf wel op zoek konden naar Wisenten. Blijkbaar wilden de Wisenten niet gevonden worden deze dag.
Een tweede hoop om te zien was een wolf, na poep, plas, krabmarkering en haren willen we nu het echte beest wel eens zien. Helaas het enige dat we zagen was een hond met onhonds gedrag. Meer als de coyote. Onvoorstelbaar gespierd, als een goed getrainde vechthond, kop van een herdershond. Hij staarde naar ons en pas toen wij oogcontact verbraken verdween hij met een soepele beweging uit het zicht. Raar wild gedrag, niet honds. Volgens onze gids kent Polen weinig zwerfhonden omdat de wolven ze vernietigen. Dit was een overlever denken we.
-
Natuur en cultuur.
Vanochtend om 8 uur zaten we aan het ontbijt, om 9 uur op de fiets. Ik heb iets gedaan wat ik nog nooit eerder deed. Terwijl de mannen gewone fietsen namen, nam ik een elektrische. Voor het eerst kwam ik niet met de tong tussen de spaken na 4 uur fietsen thuis.
Irek vond ons nogal gevaarlijk op de fiets. Poolse automobilisten scheuren echt heel asociaal om je heen. We snapten na 3 auto’s zijn huiver voor de doorgaande weg.
We fietsten eerst naar de grens met Belarus. Eigenlijk best indrukwekkend hoe aan die kant er een strook van 5 meter strak omgefreesd was. Mocht je al over de versperring zijn gekomen dan waren er altijd voetsporen zichtbaar. Beklemmend. Om te voorkomen dat mensen van Polen naar Belarus zouden gaan was de verklaring van de kant van Belarus.
Het hele bos is ingedeeld in vlakken van 1066×1066 meter. (1×1 werst) Omdat de tsaar de paden zo aan heeft laten leggen. Toch raar dat de hoge Veluwe ingedeeld zou zijn in feet omdat king Henry daar graag ging jagen. Wel goede paden. De meeste tenminste. Zandpaden dat wel. En sommige vrij smal, moesten we achter elkaar fietsen. Thijmen mopperde er vrolijk op los; “ wat voor ouders zijn jullie eigenlijk? Ik vroeg nog of ik een korte broek aan kon. Moet je doen Thijmen! ….. Dit zijn brandnetels! Brandnetels. Pure kindermishandeling”
We zagen een ijsvogeltje. En wat spechten. Het wild is opvallend weinig zichtbaar. Zou het zijn dat het er wel is, maar dat door eeuwenlange jachtgronden de genetisch beste verstoppers overbleven?
Als laatste reden we naar de place of power. Ik dacht naar de plek waar de elektriciteit voor het dorp werd opgewekt of verdeeld. Het was dan ook een bijzonder moment toen het om een plek in het bos ging waar stenen in een cirkel in de grond zaten die positieve energie gaven. Ik moest gelijk aan tante Anne denken. Voelde veel liefde en een glimlach. “Ik leef alleen op licht, maar voor de gezelligheid eet ik wel mee” Ben wel de rest van de dag heel vrolijk geweest.
Bij het hotel gekomen was er een muziekfestival in het park. Het begon echt heel beroerd, een koor zo vals. Maar de mensen waren prachtig. Nu klinkt het heel lekker. Eerst Klezmer, daarna zigeunermuziek en nu soul. We liggen in bed met het raam open, morgen om 3.15 uur staan we op. Op jacht naar grote zoogdieren. We zijn benieuwd. Slaap lekker allemaal
-
Een lange wandeling
Om 6 uur ‘s ochtends start onze tocht. Het hotel heeft zakken met ontbijt klaar staan. Twee dubbele boterhammen. Een appel, een tomaat. Appelsap, water, yoghurt en een grote pennywafel. Daar hebben we de hele tocht genoeg aan.
We zijn nog maar 5 minuten onderweg en we zien een vos jagen op kleine beestjes in het pas gemaaide gras. En dan nog één en verderop nog één. Dit belooft wat. Opgewekt gaan we het national park in.
Het bos is vrij open en vriendelijk. De bomen zijn prachtig. Groot en van alles door elkaar. Es, linde, eik, den; ze zijn allemaal enorm, hazelaar en andere lage bomen ertussen. Bosbeheer bestaat uit het laten vallen van de bomen en laten liggen en dat is in droge tijden vocht voor de omgeving.
50 m na de poort zien we wolvenpoep, we kunnen zeggen dat we bijna een wolf zagen. En bijna een das. Trouwens ook bijna een wisent en bijna een boommarter. We zagen geen zoogdieren op onze 18 km tocht, na de vossen was het op.
De vogels waren ook niet in grote getale aanwezig. Wel verschillende soorten spechten, altijd leuk om ze te zoeken. De zeldzame “witbuik spikkel specht” of zo. En een goudhaantje, echt klein.
Wie wel in grote getale aanwezig waren; de muggen. Venijnige prikkers.
Om kwart over een zijn we weer thuis. En we gaan allemaal luieren. ‘s Middags mensenkijken en bij het avondeten gaan we daar gewoon mee door. Het hotel is volgelopen met heel veel Polen. Er zijn erbij die door de bediening als royalty behandeld worden, deze komen ook in galajurken aan tafel. De vrouwen drinken wijn, de mannen wodka. Er zijn er ook die doen of ze hierbij horen maar dat doen ze niet. Er zijn er ook die willen er niet bijhorend. De mens een prachtig observatie object.
-
De Wisent
Rustig begin van de dag. De kok maakt een heerlijk omelet. Covid proof werkt iedereen achter schermen en je wijst aan wat je hebben wilt. Overal alleen Pools, dat is nog best lastig. Woda is water, kun je je lelijk mee vergissen, voor je het weet zit je dronken aan het ontbijt.
Thijmen neemt een luierdag tot 17.30 uur wanneer we gaan wandelen in de schemering. Roelof en ik verkennen het dorp en de paleistuinen. Helaas is het paleis platgebombardeerd in de oorlog. Was volgens mij erg mooi.
Om 17.30 begint de eerste wandeling met Irek, onze gids. We zien een rare eekhoorn, vlakbij, en hij blijft gewoon zitten, wel handig voor de foto, maar raar.
De bloemen en planten lijken erg op bij ons, ik herken veel. Er zijn weinig vogels, als ik het vergelijk met Hellendoorn. Afgezien van de ooievaars.
We beklimmen een toren en mijn knie is niet enthousiast. Maar bovengekomen zien we een raar groen poeltje en middenin iets ronds, best groot, ik kijk en roep Thijmen erbij en terwijl we samen kijken zien we de achterkant en de staart van een bever in het water verdwijnen. Helaas besluit hij weg te blijven. Bevers zijn hier nachtdieren. Best jammer. (En ze zijn groot zonder staart 90 cm.)
We lopen een stuk en net als we terug willen komen we mensen op een fiets tegen die iets hebben gezien maar niet weten wat het was. Irek zegt dat hij daar nog nooit wild heeft gezien maar in snelwandeltempo gaan we er heen. We kijken en zien niets. Ja gras en bomen, maar verder niets. En als we bijna terug willen horen we een raar geluid. Laag trillend, kruising tussen een lage hinnik en knorren. Geen idee wat het is. En dan zegt Roelof dat hij een wisent ziet. En redelijk dichtbij tussen het lange gras zien we een bruine rug, en horens en een donkerbruin staartje, en dan nog één, en nog één. 3, 4, 5? Echt duidelijk wordt het niet, maar het is een grote groep. Het is bijzonder om te zien hoe snel ze kunnen verdwijnen. Prachtig voor zo’n groot beest. Volgens Irek is de kudde vaak wel 15 beesten groot. Maar niet zichtbaar door de grassen.
We wandelen in de schemering terug, nog een keer de toren op. En nu zien we de hele bever drijven. (Ik dacht eerst een houtblok maar hij had oortjes.)
Best een goed begin, een kudde op dag 1.
-
Onderweg
Onderweg; eerst een stuk door de stad. Prachtige muurkunst. Een zwarte en een witte hand door elkaar, samen. En een paar gebouwen verder het gezicht van een man. Opgebouwd uit vele stukjes gezicht van anderen. Mooi, kleine cadeautjes.
Ik zat te bedenken dat mijn beeld van Berlijn gevormd is door het liedje “over de muur” en het boek “Christiane F”. Heel veel namen van straten kende ik daardoor. Het is geen mooie stad, maar wel een stad met veel onverwachte, leuke momenten. Kunst, vreemde bouwsels en mensen met allerlei kleuren haar; paars, roze, blauw. Hun manier van omgaan met het verleden is mooi om te zien, open en met zelfrespect.
veel zwervers bedenk ik nu. Maar ook een aantal hele leuke contacten met zwervers. Op de step gisteren moedigde een zwerver me stralend aan. Mooi moment.
Nu op een autoweg met veel tol, maar het rijdt als de brandweer. Roelof heeft net getankt en kwam met Twix als drank terug. Voor alle liefhebbers van Saromapudding, Twixdrank brengt je linea recta terug naar je jeugd; caramelsmaak. Gooooor.
We hebben een briljante vertaal app; Microsoft translate. We zitten op een terras vlakbij een vrachtwagenparkeerplaats er staat een onooglijk gebouwtje met een Poolse tekst. Er ontstaat een discussie aan tafel over de functie, we denken bedden, maar zijn ze per uur of per nacht te huur? Roelof gooit zijn vertaalapp in de strijd. Maar het werkt niet (naar later blijkt omdat hij offline is) en hij gaat steeds wat dichterbij staan voor een volgende foto. De gezichten van de andere terrasgebruikers zijn goud waard. “Welke debiel maakt 6 foto’s van dat gebouw?” Je ziet het ze denken.
Verder Polen in meer Russisch orthodoxen kerkjes en kerken. Prachtig! De bolle torentjes de kleuren. Het koper, het goud.
En ooievaars, heel veel ooievaars. ‘s Avonds als we zitten te eten horen we een vreemd geluid. “Roofvogel”, denk ik. “Uil”, denkt Roelof. “Lynx”, denkt Thijmen. We hopen dat hij gelijk heeft, maar het blijkt een nest met vier ooievaars vlak voor het hotel.
-
KaDeWe en Stasi
Vanochtend stonden we wat later op, Coronatechnisch geen slimme zet, het was vol in het restaurant.
‘s Ochtends wandelden Roelof en ik wat rond en bezochten een saaie kerk. Soms kan een kerk je raken, door de rust of de sfeer. Hier speelde iemand orgel en mild gezegd het hielp niet om de sfeer te verbeteren.
We hadden om 13.15 uur een rondleiding in een voormalig Stasi-gevangenis Hohenschönhausen. Je hoefde niet veel te doen om er te komen. De jongste gevangene was een 14 jarig meisje dat iets met lippenstift op een poster van Lenin had gezet. Of een vechtpartij met de zoon van een stasicommandant, of vluchten naar het westen. Het was heel indrukwekkend, vooral de 8-10 persoonscel, een cel waar nauwelijks ruimte was om te lopen en met een houten bed waar ze naast elkaar konden liggen ( cel 3x4m), een emmer met een deksel voor de behoeften, geen raam, één lamp en een treurige beluchting. Of de eenzame opsluitingsruimtes. Er werd lichamelijk niet veel gemarteld, psychisch daarentegen was het top of the bill. Hoe breek je een geest? Ik wist niet dat dit zo lang door ging. Pas in ‘89 stopte het, een paar maanden na de val van de muur.
Na deze rondleiding besloten we steppen te huren en naar het KaDeWe te gaan, Kaufhaus des Westen. De steppen waren heel erg leuk, nog wel even een dingetje om volle steppen, elektrisch, te vinden, maar toen ging het dan ook super. Het KaDeWe dat was andere koek. Een tikkeltje over de top. Winkelen is niet echt ons ding. Ik vond een tof stuk street-art voor aan de muur €22000,- bekers voor Jasmijn €75,- per stuk, zonnebrillen voor de mannen €175,- “wat zit er in al die tassen met KaDeWe?” vraag ik me buiten rondkijkend af.